Collectie Gelderland

Tegel van aardewerk met tinglazuur, met voorstelling van een gehoornde haan, vervaardigd ca. 1620-1650

Haantjes die vetgemest moesten worden werden gecastreerd, zodat ze rustiger werden en sneller groeiden. Zo'n haan werd een kapoen genoemd. Om ze makkelijker te herkennen werden de sporen afgesneden en in de kam geplant, waar deze vastgroeiden. Aldus kreeg men een 'gehoornde haan'. De tegel is geschilderd naar een prent van Adriaen Collaert (ca. 1560-1618) uit zijn serie met vogels: 'Avium vivae icones' Op de achterkant van de tegel is een schildersmonogran geplaatst