Portret van Grietje Calis-Zwanikken uit Laren, 1905

Dit portret van Margaretha Calis-Zwanikken (1868-1927) werd in 1905 geschilderd. Het is bekend dat deze vrouw mooie, rijke kleding en sieraden bezat. Zij poseerde vaker voor schilders die het Gooi bezochten. Zij draagt de voor Laren, Blaricum en Soest kenmerkende vierkante muts. Deze muts heeft een brede voorstrook van kant die aan de zijkanten ver doorloopt. De lange uiteinden zijn naar boven omgeslagen en daar vastgezet. Daardoor krijgt de muts een vierkant silhouet. De muts is bevestigd op een gouden oorijzer van hetzelfde type als dat van de Noord-Veluwe. De kleding bestaat uit een lang jak en een rok. Deze zijn gemaakt van dezelfde effen stof: zijde, satijn of wol. Om de schouders is een gekleurde zijden doek geplooid. In het boek ‘De verdwenen streekdrachten van Eem tot Vecht’ uit 2008 staat het volgende over Grietje vermeld: ‘Grietje hield kennelijk veel van sieraden en ze pronkt er graag mee. Ze liet zich soms afbeelden met het pukkelslot van de bloedkoralen ketting aan de voorkant en grote gouden bellen aan de uiteinden van het oorijzer. Dit soort bellen zijn in het gebied van Eem tot Vecht wel aangetroffen bij de cornetmuts, maar niemand droeg ze bij een vierkante muts. Het is duidelijk een zeer persoonlijke afwijking, maar ze stond dan ook bekend als buitenbeentje. Op haar trouwfoto heeft ze het slot overigens gewoon aan de achterkant.'