Boerderij uit Giethoorn, 1832

Het dorp Giethoorn kreeg de bijnaam ‘Venetië van het noorden’ en werd eind negentiende eeuw een trekpleister voor vakantiegangers. Giethoorn ligt midden in een uitgestrekt veengebied. Dat werd in de zeventiende en achttiende eeuw afgegraven. Dit leverde turf op, de belangrijkste brandstof in die tijd, maar ook veel water. Van dat water werd handig gebruik gemaakt voor het vervoer. Het transport van goederen ging per boot. Zelfs de koeien werden met de boot van de stal naar de weiden gebracht. Rutger Slagter bouwde deze boerderij. Hij had acht kinderen gekregen met zijn eerste vrouw toen zij overleed. Hij ging in deze boerderij wonen met zijn tweede vrouw Hendrikje. Samen kregen ze nog zes kinderen. De boerderij is in 1959 naar het Openluchtmuseum overgeplaatst.