Collectie Gelderland

Into the deep loving darkness

In opdracht van provincie Gelderland maakte Patricia Kaersenhout (1966) een beeld ter ere van Keti Koti. Kaerssenhout onderzoekt in haar kunst de Afrikaanse diaspora die ze in verband brengt met de geschiedenis van de slavernij, racisme, feminisme en seksualiteit. Keti Koti betekent Ketenen Verbroken. Zo heet de dag waarop Nederland jaarlijks op 1 juli de slavernij herdenkt en de vrijheid viert. Van 1 juli 2023 tot 1 juli 2024 is het Herdenkingsjaar Slavernijverleden. Dan is het 160 jaar geleden dat de slavernij in Suriname en de Nederlandse Antillen, die toen koloniën van Nederland waren, bij wet werd afgeschaft. Er kwamen ruim 45.000 tot slaaf gemaakte mensen vrij. Toch moest een groot deel van hen hierna nog 10 jaar lang onder staatstoezicht op de plantages blijven werken om de “schade van deze maatregel” te beperken voor de plantagehouders. Om die reden is voor velen de slavernij pas echt ten einde gekomen in 1873. Patricia Kaersenhout (1966) kreeg in 2022 een opdracht in het kader van Keti Koti. In 2023 is het 160 jaar geleden dat de slavernij in Suriname en de Nederlandse Antillen officieel werd afgeschaft. Keti Koti betekent Ketenen Verbroken en is de naam van de dag waarop Nederland jaarlijks op 1 juli de slavernij herdenkt. De opdracht was: maak een kunstwerk dat aanleiding kan zijn voor een gesprek over het “Slavernijverleden van Gelderland". Uitgangspunt voor dit kunstwerk is het KNIL dat in Harderwijk het Koloniaal Werfdepot had. Hier werden vreemdelingen voor het KNIL geworvenen het had als bijnaam 'riool van Europa'. In Harderwijk waren het gouden tijden voor de kroegen en bordelen, maar een gruwel in de ogen van de orthodox protestantse inwoners. Vanaf 1890 verhuist het naar Nijmegen. Er dienden ruim 3000 ‘Belanda Hitam’ - oftewel 'Zwarte Hollanders’ - in het KNIL. Ze werden aangeworven in Elmina op de kust van het huidige Ghana. Sommigen vrijwillig, maar de meesten werden op de slavenmarkt in Kumasi gekocht door een vertegenwoordiger van het Nederlandsch-Indisch leger ondanks dat in 1814 de mensenhandel was afgeschaft. Dat bedrag moesten ze met twaalf jaar dienst terugbetalen waarna ze vrij man waren. Je ziet een buste waarover een gebatikte doek hangt. Het gezicht van de buste is niet zichtbaar, maar aan de epauletten en medailles zie je dat het een KNIL militair betreft. Kaersenhout wil de man niet eren en houdt zijn identiteit daarom geheim. Op het doek zie je je aan beide zijden een portret: Martha Christina, een Molukse vrijheidsstrijder en Jan Kooij, een zwarte KNIL soldaat die geroemd werd om zijn heldendaden. De geborduurde tekst Zuiver staat voor de ethiek van Christina, het woord Huiver staat symbool voor de afgenomen identiteit van Kooij die niet alleen geroemd werd om zijn heldendaden, maar ook om zijn zuiver Nederlands. De tekst staat in spiegelschrift en je kunt het lezen met het bijgevoegde spiegeltje gemaakt van gepolijste steen. Het doet denken aan een Claude Glass. Dit is een kleine zwarte bolle spiegel die in de 18e eeuw werd gebruikt door kunstenaars om het landschap te reflecteren en zo tonale waarden en licht en schaduw zichtbaar te maken.