Collectie Gelderland

Daglonershuisje uit Nunspeet, circa 1850

Nederland was in de negentiende eeuw voornamelijk agrarisch, maar niet iedereen had een mooie boerderij. Velen waren arbeiders, die weinig verdienden. Zij hadden geen eigen huis en grond, maar vestigden zich buiten het dorp. Daar leefden ze in eigen bouwsels op de hei. Zo ontstonden in het oosten van Nederland hele kolonies van daglonershutten. Sommige werden in de loop der tijd verbeterd tot eenkamerhuisjes, zoals deze uit Nunspeet. In dit huis leefden van 1860 tot 1956 meerdere generaties van de familie Bakker. Ze verdienden, net als de meeste dagloners, hun geld met los seizoenswerk. Ieder voorjaar trokken ze met het hele gezin èn geit naar Drenthe en Friesland om daar eek te schillen. Eekschillen is het verwijderen van de bast van eiken hakhout. De bast en schors waren grondstoffen voor de leerlooierijen. Het huisje is in 1957 naar het Openluchtmuseum overgeplaatst.