Collectie Gelderland

Brief van Tiny Middendorp aan verloofde, 7 mei 1944

Brief van Tiny Middendorp aan verloofde Antoon van Jeuken, 7 mei 1944, geschreven te Nijmegen Tiny Middendorp (geboren 23 september 1917 te Uithuizen) verhuisde 11 november 1941 naar Nijmegen waar ze 20 juni 1943 zich verloofde met Antoon Jeuken. Augustus 1944 dook ze onder de Wierden. 26 juli 1945 trouwde ze met Antoon Jeuken. Gedurende de oorlog schreef ze vele brieven aan haar verloofde. Inhoud Zondagmorgen 11 uur 7-5 ’44 M’n allerliefste Toontje, Vrijdagmiddag mocht ik in hartelijke dank je fijne brief ontvangen. Nu heb ik er mooi even de tijd voor om te schrijven. Vanmorgen heb ik een uurtje langer geslapen en ben om half negen naar de H. Mis geweest. De week is me omgevlogen, want ik heb ’t druk gehad. De weken vliegen om. En steeds komt er maar geen verandering. Onze jeugd die zo mooi had kunnen zijn vliegt voorbij zonder dat we er veel aan hebben. Vol, boordevol verlangen zitten we, maar steeds maar geduld, en afwachten. Als we ons geloof en vertrouwen niet hadden zouden we opstandig kunnen worden. Vindt me s.v.p. geen pessimist lieveling, maar soms moet ‘t er eens een keer uit. Tegen wie kan ik ’t beter doen dan tegen jou, jij bent m’n alles, m’n houvast in deze wereld. Met jou wil ik als O.L.H. ’t toelaat ons leven wat ons nog te wachten staat tot iets moois maken, vol opoffering voor ons gezin. Vooral verlang ik er zo erg naar omdat jij ’t ook zo moeilijk hebt, altijd van vreemden moet afhangen enz. enz. M’n lieveling we zullen echter maar weer goede moed houden, tot nu toe is alles goed gegaan, verder zal alles ook wel goed komen. Gisteren een mooi briefje van Moeder gehad, ze maakt ’t erg goed, ze is vijf pond gegroeid. Vader is nu naar Loenen en Moeder zal waarschijnlijk Maandag wel weer mee terug komen. Ik had Moeder ook een brief geschreven, heb jij ook iets ontvangen, liefste? Woensdag een mooie brief van Mien en Trees ontvangen. We waren niet uit hun gedachten geweest, al had ’t ook wat lang geduurd voor ze terug schreven. Op Trees haar verjaardag waren ze alle twee ziek geweest. Trees was erg blij met de beschuitbonnen en met onze brieven en kaarten. Mien schreef als we weer in de gelegenheid waren hun te bezoeken, de deur altijd voor ons open stond. We gingen dan nog eens gezellig jokeren, maar dan iets groffer. Ik heb Freek en Tine reeds geschreven of ’t schikt, dat we met Pinksteren komen, ze zullen wel gauw terug schrijven. Wat fijn manneke dat je je boeltje in de kluis zo goed voor elkaar hebt. Je zult je benoeming wel gauw krijgen. M’n schoenenbon heb ik in ontvangst genomen. Ik heb er nog goeie lage bruine schoenen op gekregen f 12,25. Nog niet zo heel erg duur, vind je wel. ’t Is nog goed leer. Jij bent dus vandaag naar een Communiefeestje liefste? Ik hoop dat je ’t goed naar je zin hebt. Morgen is Dr Jansen jarig, we hebben dan een diner. Deze week hebben de dienstmeisjes een oproep gehad voor de arbeidsbeurs. Ik heb nog niets gehoord, zal deze week wel komen. Wat doen we Zondag liefste? Kom je thuis zaterdagavond? Ik kom je dan weer fijn tegemoet fietsen. Lieveling ik ga eens eindigen, misschien vanavond nog een stukje. Schrijf me gauw weer iets terug, ik verlang met hart en ziel naar je. Veel liefs, hart. kussen en een extra innige omhelzing van je steeds liefh. Vrouwke. Tiny. P.S. de brief van Mien en Trees kun je later wel lezen hè. ’t Is zo’n rommel voor je allemaal. 52 vervolg Zondagavond 7-5 ‘44 M’n allerliefste Toontje, Nu nog eventjes een paar woordjes tot slot van m’n brief. Vanmiddag even geboft zeg. Mieke moest bruidje zijn bij de eerste H. Communie. Ik mocht met haar mee naar ’t Lof. Prachtig was ’t. Wat is ons geloof toch mooi. Wat zullen we daar later ook van genieten manneke. Wat een geluk zal dat zijn. Jan is op ’t ogenblik hier, je moet heel veel groeten hebben. De naalden zal hij dan eerstvolgende keer meebrengen. Jan E. zit nog steeds af te wachten. Je kunt misschien Zondag nog wel met Jan willen praten, ik heb gezegd, dat je waarschijnlijk Zondag kwam. Tonny vertelt net dat ze 16-17 mei schriftelijk examen moet doen. ‘t Is te hopen dat ze ’t haalt. Lieveling ik ga eindigen, want ik wil je brief samen met Nelly nog even gaan posten. M’n lief manneke nu weet je geloof ik weer een beetje ’t nieuws. Schrijf je gauw terug? Steeds ben je in m’n gedachten, dag en nacht. Als er iets bijzonders is schrijf ik wel hoor. Ook Oom Willem zal ik even schrijven. Heel veel hart. kussen, heel veel liefs + een innige omhelzing van je steeds liefh. vrouwtje Tineke