Jacobakan uit Siegburg, 1400–1500

Geribde jacobakan van steengoed uit Siegburg. De kan rust op een handgemaakte gegolfde voet. Het lichaam is eiervormig met een lange hals. Het C-vormige oor is bevestigd aan de hals. Deze kannen werden onder de handelsnaam 'Keulse Potten' aangeboden, maar werden in de praktijk veelal in de plaats Siegburg, zo'n 25 kilometer buiten Keulen, geproduceerd. Door de wijdvertakte Rijnhandel worden ze nu door heel West-Europa teruggevonden. Deze schenkkan is een gladwandige Siegburgse jacobakan. De productie van deze kannen kwam tegen het midden van de veertiende eeuw op gang. Toen deze kannen bij baggerwerkzaamheden tevoorschijn kwamen bij Slot Teylingen werd, omdat Jacoba van Beieren hier verbleef in de vijftiende eeuw, het type kannetje naar Jacoba vernoemd. De kan is gemaakt van klei die gedolven werd uit de directe omgeving van Siegburg. De buik van dit model is boller en de hals meer trechtervormig dan de vroegere veertiende-eeuwse kannen uit Siegburg. Deze jacobakan moet in de vijftiende eeuw zijn vervaardigd. Op Bruegels 'De Boerenbruiloft' figureert een jacobakan duidelijk als schenkkan. Op Bruegels 'Boerendans' staat een jacobakan op tafel.